Reportage

Dit jaar was er een bijzondere editie van de Cross du Mont Blanc. De wedstrijd stond in het teken van het Frans kampioenschap berg-lopen en daardoor werd het parcours ingekort. Voor de mannen betekende dit een afstand van 19 kilometer en voor de vrouwen 14 kilometer. Echter het hoogteverschil voor zowel mannen als vrouwen bleef hetzelfde, dus 1360 meter. Voor de mannen werd het parcours rond Argentière ingekort.

We gingen daarom op de zaterdag dit stuk van het parcours verkennen en we moesten concluderen, dat het een verschrikkelijk zwaar stuk was met veel rotsblokken en een gigantisch stijgingspercentage.

Desondanks had ik veel vertrouwen in een goede afloop, want ik had voldoende getraind in de afgelopen periode en met name de heuvelachtige wedstrijden had ik goed doorstaan.

Ik begon voorzichtig aan de wedstrijd. De eerste 10 kilometer verliepen in een gereserveerd tempo, waarin ik voldoende kracht wilde overhouden voor de laatste 9 kilometers.

Daarna begon de klim vanaf ons hotel in Argentière naar het Bois de la Joux. Op dat stuk kon ik diverse lopers passeren, die in de voorgaande kilometers te veel energie hadden verspeeld. Het zwaarste gedeelte bleek echter ook deze keer de klim naar La Flégère. Hier liep ik een gemiddelde van ongeveer 6km/uur. Daarna ging het tempo weer enigszins omhoog tot aan de laatste klim, één kilometer voor de finish nog even een verschrikkelijke klim over losse stenen op een moment, dat zowat alle krachten uit het lichaam waren verdwenen en de lucht voelbaar ijler begon te worden. Over dat stuk liep ik iets meer dan 5km/uur gemiddeld. Daarna de laatste kilometer, gedeeltelijk over sneeuw.

In de verte zag je de finish al liggen. Ook de speaker was al volop te horen en dat gaf je nog wat extra energie voor die laatste meters over stenen en door de sneeuw. Mijn eindtijd mocht er zijn, 2:10:31, goed voor een 311e plek uit een deelnemersveld van 1007 mannelijke lopers over 19 extreme kilometers.

Tevreden kon ik terugkijken op een zeer geslaagde wedstrijd. De tijd van Frans Wagemans met 1:55 en Zef Budzijn in 1:57 was onaantastbaar voor mij. Op Jo Schoonbroodt (2:05) en Peter Steyns (2:07) had ik weinig prijs hoeven te geven

Mijn rivalen tijdens deze wedstrijd had ik echter met duidelijke cijfers verslagen. Zo noteerde Jac Tillie een tijd van 2:19, Hub Frencken 2:21, Ricardo Gijbels 2:25 en Wil Hoonings 2:27. Ook Karel Trags, die meestal voor mij eindigde had 8 minuten langer nodig.

Bij de dames was Mireille Jongen op de kortere afstand de beste. Zij eindigde in 2:13. Daarna volgde op enige afstand Oda van Oppen in 2:32, terwijl Leny Paes nog eens 4 minuten extra nodig had voor deze afstand van 14 kilometer.

Tevreden kon de DSM-ploeg terugkijken op een geslaagde wedstrijd in een schitterend, maar vooral zwaar decor, zeker voor de dames, die 1360 meter hoogteverschil moesten zien te overbruggen over een afstand van 14 kilometer.

RapidWeaver Icon

Where Media Comes Alive!