Reportage

Nog nooit had ik zoveel  trainingsuren gestopt in de voorbereiding van een marathon als bij deze. Het ultieme doel voor mij was dan ook het lopen van een nieuwe persoonlijke tijd op de marathon.

In de vroege ochtend zou een collega van mij, Rene Dohmen, mij tijdens de marathon vergezellen. Toen hij aanbelde had ik het idee, dat hij reeds een marathon had gelopen, zo zag hij er uit. De avond ervoor was hij op een personeelsfeest geweest en dat was naar alle waarschijnlijkheid erg gezellig geweest. Ik vond het dan ook raadzamer zelf achter het stuur te kruipen en de rit naar Eindhoven te beginnen. Ook het rugnummer mocht ik zelf afhalen in het PSV-stadion, want ook dat was op dat moment te veel voor hem. In plaats van het nummer af te halen, deponeerde hij de laatste resten van de vorige avond bij een lantaarnpaal.

Nadat het startschot klonk liep ik de eerste kilometer met de meute mee. De temperatuur schommelde rond de 18 graden en Rene stond mij met zijn fiets op te wachten na een kilometer. Hij fietste als een dood vogeltje langs mij op en naarmate de wedstrijd vorderde, ontwaakte hij uit zijn roes en in de tweede en laatste ronde veranderde hij in een jong vogeltje.

In tegenstelling tot zijn opleving, werden mij krachten steeds verder weggezogen door de extreme warmte, die zich na het middaguur openbaarde en uiteindelijk opliep naar 27 graden Celsius.

Onderweg was het voor de meeste lopers kommer en kwel en ik kon van geluk spreken, dat ik werd begeleid door Rene. Ook voorzag hij mij voortdurend van extra sportdrank.

De laatste kilometers was ik op mezelf aangewezen, omdat op dat stuk van het parcours geen fietsers werden toegelaten. Samen met een andere loper liep ik door het Stratemseind, de drankstraat van Eindhoven en snakkend naar drank bereikte ik uitgeput en wel de finish in 3:19:48, een nieuw persoonlijk record.

Achteraf bleek, dat ik veel gegeven had. Krampen moest ik laten behandelen door de masseurs, waarna ik terug strompelde naar mijn douche en kleedruimte op ongeveer vijfhonderd meter van de finish bij mijn broer. Daar werd ik weer opgepept met een kom lekkere soep en zo werden de eerste tekorten in mijn lichaam weer aangevuld.

Blijkbaar had ik tijdens deze tropische wedstrijd zoveel gegeven, dat ik daarna nog twee maanden nodig had, om te herstellen.

Mijn trainingsmaatjes Hub Jessen kwam in 3:26 over de finish, terwijl John Parren 3:38 nodig had om de finish te passeren. Ook zij waren total-los.

RapidWeaver Icon

Where Media Comes Alive!