Reportage

Ik had eigenlijk al het hele jaar uitgekeken naar de marathon aller marathons, althans dat was mijn beleving, de Jungfrau Marthon in Interlaken. Ik had al een keer een video bekeken tijdens een reis naar Chamonix in de bus en was vanaf dat moment meteen verkocht. Ik wist echter niet wat mij te wachten stond en liet alles op mij afkomen. Samen met Annelies reisden we richting Interlaken. Ook Herbert en Lilian Philippen gingen met hun eigen auto mee richting Interlaken.

In Wilderswil, waar we een hotelkamer hadden gereserveerd op aanraden van Oda van Oppen en Peter Bakker, kwamen we rond 16 uur aan. Ook Oda en Peter gingen deze marathon lopen. Daarnaast waren nog twee bekenden uit de Chamonix-ploeg aanwezig, mijn oud kamermaatje Hub Frencken, Karl Trags en Frans Amkreutz. Samen verbleven we in hotel Christina en trokken met elkaar samen op.

Voor mij was het de eerste keer, terwijl Oda en Peter al een keer deze marathon hadden gelopen. Zij konden mij dan ook informatie verschaffen over hoe de organisatie van dit hele gebeuren eruit zou zien. Op vrijdag gingen we 's ochtends met de hele groep uit Limburg wat inlopen in Wilderswil, waarna we na de middag richting Interlaken wandelden, om het startnummer op te halen. Het was een indrukwekkende locatie, waar ik vol trots het startnummer in ontvangst nam. De hele vrijdag stond verder in het teken van rust en na terugkomst in het hotel namen we nog een stevige maaltijd, waarna we erg vroeg het bed opzochten.

Op zaterdagochtend zaten we al erg vroeg aan het ontbijt en ook onze supporters waren al voor dag en douw opgestaan om ons later op de dag vanaf Wilderswil aan te kunnen moedigen. Het startschot werd exact op tijd gelost en vanaf dat moment was ik nog alleen met de wedstrijd bezig en probeerde ik mij voor te bereiden op alles wat er over me heen zou komen.

De eerste 10 kilometer waren erg saai wat betreft het parcours, maar des te interessanter door het massaal toegestroomde publiek met of zonder muziekinstrument. In Wilderswil moesten we door een haag van mensen lopen, waarna de eerste serieuze beklimming moest worden volbracht. Kort maar krachtig op naar het volgende kerkdorpje, waar de volgende muzikale ontvangst plaatsvond. Onderweg werden we vanuit de trein aangemoedigd door de vooruitrijdende groep supporters, die al richting Lauterbrunnen reisden voor de volgende ontvangst. Via station Zweilutschinen ging het vrij heuvelachtig op en neer langs de bosrand en de rivier richting Lauterbrunnen. Daar stond de volgende mensenhaag ons op te wachten, waarna we de lus richting camping en langs de Trummelbach weer terug richting Lauterbrunnen. De rijen mensen werden weer steeds dikker en de spanning was te voelen.

Het ging nu echt gebeuren, we draaiden onder een spoorviaduct door en keken recht naar boven tegen een berg, die met stijgingspercentages rond de 20% naar boven volgde. Iedere loper vertraagde meteen het tempo en het zwaarste stuk van de marathon, het traject van Lauterbrunnen naar Wengen was begonnen. Een klim van ongeveer 8 kilometer onafgebroken via haarspeldbochten over onverharde redelijk brede bergpaden ongeveer 500 meter klimmen naar boven. Op een gegeven ogenblik kreeg ik weer het zonlicht te zien, waarna ik even op rust kon komen en het vochtgehalte weer op peil brengen, daarna ging het weer door tot aan Wengen, het kilometerpunt 33.

Het aantal mensen aan de kant van de weg werd weer talrijker en in ik hoorde al de eerste muziektonen. Eindelijk werd het weer vlakker in de hoofdstraat van Wengen, in de buurt van het station. Het publiek schreeuwde de lopers alle vermoeidheid uit de benen, zodat deze weer fit konden beginnen aan de laatste 9 kilometer. Na Wengen bleef het stijgen tot aan Wengeralp. Het glooiende gedeelte wat volgde gaf mij de gelegenheid om me voor te bereiden op het laatste gedeelte, de klim naar de Eigergletsjer.

Deze klim van ongeveer 400 meter over een afstand van bijna 2 kilometer en over erg smalle bergpaadjes, waar je ook nog eens moest uitkijken voor overstekende, grazende koeien, hakte stevig in op de geringe energie, die nog in het lijf zat. Na deze klim werd je verwelkomt door de doedelzakspeler, die was ingehuurd door een Zwitserse supermarktketen. Ook moedigden de supporters ons weer volop aan. Ik genoot volop van de schitterende Eigergletsjer en het zicht op de Eiger, Jungfrau en Monch, drie kolossen, die bedekt waren met sneeuw en die ons alle pijn deden vergeten. Op 41 kilometer werden we over een gevaarlijke rotsmassa geholpen, waarna we de finish konden ruiken. De laatste kracht perste ik uit de benen in de afdaling naar de finish toe. Onder de boog werd ik door de speaker verwelkomt. Ik was trots op de eindtijd, die ik had neergezet. De 4:25:25 was een snelle tijd, die mij een 726e plaats opleverde van de 3194 gefinishte lopers. Na een heerlijke douche, een stevig biertje en een vette worst zochten we de trein op, die ons naar het hotel in Wilderswil voerde. Ik rustte wat uit van de vermoeienissen en vierde mijn persoonlijke overwinning.

Op de zondag brachten we nog een bezoek aan Wilderswil, een sprookjesachtige omgeving met volop toerisme en op elk balkon bakken met prachtige bloemen.

Op maandagochtend na het ontbijt keerden we terug richting Nieuwstadt, waar we rond vier uur arriveerden. Een schitterend weekend met een topprestatie was een feit.

RapidWeaver Icon

Where Media Comes Alive!