Jungfrau Marathon

LocatieInterlaken, Zwitserland
DatumZaterdag 10 september 2011
Tijdstip Start9:00 uur
Soort WedstrijdMarathon (Zevenentwintigste)
Bergmarathon
Eindtijd6:33:30 uur
Aantal Deelnemers4207 (330 in mijn leeftijdscategorie)
Klassering3714 (277e in mijn leeftijdscategorie)
WeerZonnig
Temperatuur29
Luchtdruk1043
Luchtvochtigheid67

Reportage

Eerder dan andere jaren vertrokken we reeds op maandag richting Interlaken voor het volbrengen van de Jungfrau Marathon. Nadat Guido richting stageplaats was vertrokken, reden wij met een volle tank richting Zwitserland. Zonder al te veel oponthoud kwamen we na de middag in Wilderswil aan. De hele dag was het onderweg droog geweest, alleen in de buurt van Interlaken begon het te regenen. Nadat wij onze studio bij Frau Balmer hadden ingeruimd, gingen we nog even inkopen doen in de supermarkt bij station Interlaken-Ost. Vervolgens gingen we in onze studio eten koken en dit ook aldaar oppeuzelen. Na het eten en de afwas was het buiten inmiddels droog geworden en maakten we nog een wandeling door het dorp.

Op de dinsdag begon ik eerst met een rustig duurloopje, waarna we richting Interlaken gingen. Daar kon ik op het kantoor van de Jungfrau Marathon het treinkaartje afhalen, waarmee we met de trein naar de Jungfrau Joch konden gaan. Daarna slenterden we nog de souvenirwinkels langs, om voor het kleine grut wat te kopen. Ook vond ik er een schoudertas voor mijn camera en uiteraard sloten we het geheel af op een terras in de buurt van station Interlaken-West. ‘s Avonds na het eten liepen we weer door het dorp en bleven enige tijd zitten op het terras bij Hotel Bären, waar de plaatselijke harmonie een sfeervol concert in de openlucht weggaf.

Rond acht uur stonden we op woensdag al op het station van Wilderswil voor een trip naar de Jungfrau Joch, een unieke plek in de eeuwige sneeuw op zo’n 3500 meter boven de zeespiegel. Na twee korte tussenstops om enkele schitterende vergezichten te aanschouwen, kwamen we rond elven aan op het station van de Jungfrau Joch. Het weer daarboven was echter niet al te best en veel uitzicht was er niet. Het weerstation was geheel bedekt met mist. Het was er koud en het waaide enorm met windstoten tot 84 km/h. Na het betreden van de sneeuwmassa en het bezoeken van de ijssculpturen besloten Annelies en ik weer terug te keren naar station Wengeralp, de plek, waar ook de marathon in de buurt zou langskomen. We liepen richting Kleiner Scheidegg en ik liet Annelies zien, welke verschrikkelijke beproevingen de lopers de laatste kilometers moesten ondergaan. Ook zag ze de schoonheid, die je als loper ervoor terugkreeg, een machtig mooie blik op de Eiger, de Mönch en de Jungfrau en de bijbehorende gletsjers. Voor mij persoonlijk een van de mooiste plekken in Europa. We liepen de laatste kilometer van de marathon richting finish en kwamen langs een bergmeer, waar ook een klein museum was ingericht ter nagedachtenis aan de beklimmers van de Eiger. Deze berg bevatte volgens velen de gevaarlijkste beklimming van Europa. Vanuit station Kleiner Scheidegg gingen we richting Wengen, waar we een tussenstop maakten op een terrasje. We liepen daarna nog even door het dorp over weer een stukje heilige grond van de Jungfrau Marathon en daarna terug naar Wilderswil voor een lekkere maaltijd bij Hotel Heinz.

Na een goede nachtrust en nuttigden wij een lekker ontbijt met verse broodjes van de bakkerij van de buren. Op het terras voor de studio was het heerlijk vertoeven en daarna maakte ik nog een korte duurloop over hetzelfde parcours als op dinsdag. Het voelde een stuk beter in de benen en we namen op de donderdag een echte rustdag. Wel lekker wandelen door het dorp, maar verder niets bijzonders.

Op de vrijdag bezochten we Interlaken en met name de Marathon Expo. Hier bezochten we ook voor het eerst de pasta party, hetgeen echter geen extra reis naar Interlaken waard was. Maar ja, de honger was gestild en dat was zo vlak voor de wedstrijd erg belangrijk. Ik kocht ook nog wat sportkleding en daarna begon voor mij zo langzamerhand de voorbereiding op de marathon. ‘s Avonds had ik nog volop contact met Guido bij Fortuna Sittard over de stand in de wedstrijd en met Davey, die ook wilde weten, hoe het in Sittard verliep. Na het laatste fluitsignaal dook ik het bed in voor een minder goede nachtrust, maar dat was gebruikelijk bij mij, de dag voor een marathon.

Zaterdagochtend liep om zes uur de wekker af en ik begon met het zetten van koffie en het klaarmaken van pasta, want de maag moest natuurlijk gevuld zijn voor de lange tocht richting Kleine Scheidegg. Rond kwart voor acht zette Annelies mij op de trein richting Interlaken-Ost en de weersvoorspellingen gaven erg hoge temperaturen aan. Voor de start werd iedereen verzocht hier rekening mee te houden en zo veel mogelijk vocht tot zich te nemen. Ik besloot dan ook op elke drankpost de tijd te nemen voor vocht. Na het Zwitserse volkslied werden de lopers weggeschoten en ik had me ergens achterin de groep verstopt. We liepen de plaatselijke ronde door Interlaken en vervolgens via Böningen naar Wilderswil, waar het 10 kilometerpunt stond en waar ook de eerste beklimming richting Gsteigwiler plaatsvond. Ik liep nog steeds in mijn eigen tempo op het vlakke net onder de zes minuten per kilometer. Het volgende punt was Zweilutschinen op 15 kilometer, een punt, waar ik afgelopen jaar last kreeg van mijn hamstring. Ook hier kwam ik zonder problemen voorbij en in Lauterbrunnen kreeg ik weer nieuwe energie van de vele toeschouwers, die ons lopers stonden aan te moedigen. De hierna volgende lus achter Lauterbrunnen leverde ook geen problemen op, maar toen ik op bij 26 kilometer de eerste muur richting Wengen moest gaan beklimmen ging het snel achteruit met het tempo en ook de kracht. Ik merkte, dat ik absoluut te weinig heuveltrainingen had gevolgd en dat door mijn lichte Achillespeesblessure en de val drie weken voor de marathon zijn tol zou eisen. Zo langzamerhand begonnen de problemen met de Achillespees weer op te spelen en ik was blij, dat ik in de verte Wengen zag liggen. Ik overwoog te stoppen, maar ik wilde eigenlijk koste wat kost de finish halen, wel op een verantwoorde wijze. Pijn en vermoeidheid moest ik maar verbijten en onder het motto “opgeven is geen optie” werd ik in Wengen verwelkomt door vele supporters en toeristen. Ook Annelies moedigde mij aan en ze zag, dat het niet echt goed zat. Nadat ik Wengen verlaten had, telde ik zowat elke 250 meter, die stond aangegeven, af tot het 38 kilometerpunt bij Wixi. Daar was zowat het laatste controlepunt van de wedstrijd, waar ook een limiet was afgegeven en waar je dus nog uit de wedstrijd gehaald kon worden. Ik was nog ruim op tijd en begon aan de volgende mijlpaal, het stuk tussen Wixi en Eigergletsjer, twee kilometer lang, maar verschrikkelijk zwaar. We liepen over de achterste route voor de insiders, voor mij door mijn Achillespeesblessure een verschrikkelijke route, het was een pad over keiën en boomstronken, waar ik bij elke stap een scheut in mijn Achillespees voelde. Er leek geen einde aan te komen, maar gelukkig werd na enige tijd de pijn verzacht door een aantal musicerende Aplhornspelers. Met enkele vaandeldragers aan hun zijde verwelkomden zij de lopers, die berg opwaarts strompelden. Meter voor meter begon ik af te tellen en uit te kijken naar het 40,5 km punt, het punt waar de doedelzakspeler van Migros stond en waar ook het hoogste punt van de wedstrijd was. Van daaruit ging het bergafwaarts richting Kleinen Scheidegg. Nog even een lichte stijging, waar iedere loper over een gevaarlijke rotspartij werd geholpen voor de laatste anderhalve kilometer afdaling richting finish. Normaliter was dit nog even mijn moment, maar alles deed pijn en probeerde zo snel mogelijk de finish te bereiken.

Met gebalde vuisten kwam ik ondanks alle ontberingen tevreden over de finish in een tijd  van 6:33:30 uur, anderhalf uur later dan de in 2009. Ik moest nog enige tijd zoeken, voor ik Annelies vond. Ik werd vanaf de finish naar de douche begeleid door een vrijwilliger, omdat ik ontzettend veel pijn had aan mijn pees. Ik nam mijn shirt in ontvangst en probeerde zo lang mogelijk te genieten van de heerlijk stromende douche. Er waren nog maar weinig lopers in de douchetent, maar ja dat is normaal als je in de achterhoede over de finish komt. Mijn lichaam was ook na die douche volledig gesloopt, maar geestelijk voelde ik mij zo sterk als een leeuw. Ik had het volbracht en ik had het verdiend. Met de trein gingen we naar beneden, waar ik alleen maar verlangde naar het heerlijk bed van onze studio in Wilderswil.

De nacht was lang met vele slapeloze momenten, veel maag- en darmkrampen en zo werd de zondag vanzelf een dag van rust, het lichaam weer op orde laten komen en het vochtpeil weer op gewenste hoogte brengen. Het was echter wel de moeite waard geweest en ik had toch een voldaan gevoel. Tegen vieren begon ik mij weer wat beter te voelen en we gingen samen eten bij Hotel Bären. Hier namen we de tijd voor en onder het genot van een hevig onweer, kwam ik toch weer enigszins bij van alle vermoeienissen.

De organisatie had aan de finish een videoploeg geregeld, die voor elke deelnemer een finish-video vastlegde en deze gratis beschikbaar stelde dankzij een welwillende sponsor.

RapidWeaver Icon

Where Media Comes Alive!